Kerstengel

Ik had de vraag gekregen of ik een engeltje voor iemand wilde haken, patoorn gekregen en ik aan de slag.
Alhoewel de toeren er wel bij vermeld stonden, werd nergens een toer aangesloten, begonnen ze in ene zomaar op een hele andere plek. Ik werd er niet veel wijs uit.

Om bovenstaand engeltje te haken (hij ligt op tafel, dus ziet er misschien een beetje raar uit zo) heb ik het patroon aangepast, om dit leuke engeltje te haken (gehaakt met phildar cotton 3 en haaknaald 2,5)  heb je dit patroon nodig:

Maak een magische ring of 2 lossen.
Toer 1: In de magische ring (of 2e losse van de naald) 6 vasten.
Toer 2: in elke vaste 2 vasten haken (dan heb je 12 vasten)
Toer 3 t/m 7: in elke vaste 1 vaste haken (dus je houdt 12 steken). Vul het hoofdje met bijv. fiber fill
Toer 8: 2 vasten samenhaken (je houdt 6 vasten over)
Toer 9: meerderen naar 19 steken (in 5 vasten 3 vasten haken en in 1 vaste 4 vasten haken. 5 x 3 = 15 + 4 = 19 steken).
Toer 10: in elke vaste 2 vasten haken (je eindigt dus met 38 steken)
Toer 11: halve vaste in de eerste steek, 3 lossen (telt als 1 stokje), 3 stokjes (op elke vaste 1 stokje), 4x (5 lossen, 3 stokjes), 7 stokjes, 5x (5 lossen, 3 stokjes), als het goed is, heb je je laatste stokje gezet naast de eerste 3 lossen die je gemaakt hebt, sluiten met een halve vaste in de 3e losse van het begin (dus bovenaan).
Toer 12: 3 lossen, 3 stokjes, 5x 8 stokjes in de 5 lossen van de vorige toer, 7 stokjes, 5x 8 stokjes in de 5 lossen van de vorige toer, 3 stokjes, met een halve vaste sluiten in de bovenste van de eerste 3 stokjes.
Wil je een randje goud of zilver langs de vleugels, dan eerst deze met halve vasten opzetten en afwerken, nu heb je nl. nog lekker de ruimte om goed te kunnen afwerken.
Toer 13: 1 losse, 3 vasten, 3 lossen, de andere kant (7 stokjes) van je werk naar je toe draaien en in de eerste van de 7 stokjes (dus niet in een stokje uit een boogje, want die horen bij de vleugels) en de overige 6 stokjes 6 vasten haken, 3 lossen en je werk weer draaien en op de 3 stokjes (die niet bij de boogjes horen) 3 vasten haken, sluiten met een halve vaste in de eerste losse.
Toer 14: 3 losse (= 1 stokje), 1 stokje in dezelfde steek, 1 losse, steek overslaan, * 2 stokjes in dezelfde steek, 1 losse, steek overslaan *. Herhaal het stuk tussen de * en * tot het end, zodat je weer kan aanhechten met een halve vaste in de 3 losse van de 1e drie losse.
Toer 15: halve vaste tussen de 2 stokjes, 3 lossen, * in de losse van de vorige toer 3 stokjes haken, tussen de 2 stokjes 1 stokje haken * tussen * en * herhalen tot end, met een halve vaste sluiten in de 3 losse van de 1e 3 lossen.
Toer 16: 4 lossen, vaste in de middelste van de 3 stokjes uit de vorige toer, 3 lossen, vast in de het stokje tussen de 2 stokjes uit de toer er onder (of te wel, 1 stokje overslaan). Herhalen tot end en weer sluiten met een halve vast in de eerste losse. Wil je van kleur veranderen (boven goud of zilver randje aan de rok), dan is dit het moment.
Toer 17: 4 vasten in elk boogje, sluiten met een halve vaste in de eerste vaste.
Draadjes afwerken en klaar is klara.

Ik hoop dat het zo duidelijk is en wens jullie veel plezier. Merk je een foutje er in, laat het mij gerust weten, dan kan ik het aanpassen (ik heb het net uit mijn hoofd zitten typen).